Genesis 27:17

SVEn zij gaf de smakelijke spijzen, en het brood, welke zij toegemaakt had, in de hand van Jakob, haar zoon.
WLCוַתִּתֵּ֧ן אֶת־הַמַּטְעַמִּ֛ים וְאֶת־הַלֶּ֖חֶם אֲשֶׁ֣ר עָשָׂ֑תָה בְּיַ֖ד יַעֲקֹ֥ב בְּנָֽהּ׃
Trans.watitēn ’eṯ-hammaṭə‘ammîm wə’eṯ-halleḥem ’ăšer ‘āśāṯâ bəyaḏ ya‘ăqōḇ bənāh:

Algemeen

Zie ook: Hand (lichaamsdeel), Jakob

Aantekeningen

En zij gaf de smakelijke spijzen, en het brood, welke zij toegemaakt had, in de hand van Jakob, haar zoon.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

תִּתֵּ֧ן

En zij gaf

אֶת־

-

הַ

-

מַּטְעַמִּ֛ים

de smakelijke spijzen

וְ

-

אֶת־

-

הַ

-

לֶּ֖חֶם

en het brood

אֲשֶׁ֣ר

welke

עָשָׂ֑תָה

zij toegemaakt had

בְּ

-

יַ֖ד

in de hand

יַעֲקֹ֥ב

van Jakob

בְּנָֽהּ

haar zoon


En zij gaf de smakelijke spijzen, en het brood, welke zij toegemaakt had, in de hand van Jakob, haar zoon.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!